Tag Archives: 16de eeuw

Bekende piraten: de vrouwelijke piraat Grace O’Malley

Stoere zeebonken. Daar denken we aan wanneer we het over bekende piraten hebben. Maar wist je ook dat er verschillende vrouwelijke piraten waren? Grace O’Malley is er zo eentje.

Wie was de vrouwelijke piraat Grace O’Malley?

Van alle beroemde vrouwen in de piraten geschiedenis is Grace O’Malley wel het vermelden waard. Ze leefde in het 16de-17de eeuwse Ierland waar haar Ierse naam Gráinne Ní Mháille was. Haar bijnaam in de Ierse folkore is trouwens Gráinne Mhaol, wat in het Engels tot Granuaile werd omgevormd.

Ze volgde haar vader op als hoofdvrouw van de O Maille – clan in West-Ierland. En ze was zeker niet dom. Algemeen wordt Grace O’Malley gezien als een opgeleide en onderlegde vrouw.

De opkomst van Grace O’Malley: de vrouwelijke kapitein

Grace O’Malley werd pas een beroemde vrouw toen ze de business van haar vader overnam. Die hield zich vooral bezig met handel via schepen aan de westkust van Ierland. Daarnaast erfde deze vrouwelijke piraat ook nog gronden van haar moeder en eigendommen van haar eerste man. Naast brains had deze vrouw dus ook rijkdom. Een geslaagde combinatie.

Grace O’Malley wordt één van de beroemde vrouwen in de piraten geschiedenis

Om haar handel te beschermen zorgde Grace O’Malley er als een echte vrouwelijke kapitein voor dat ze honderden mannen had die haar volgden. Ze beschermde haar schepen ook door het oprichten van kastelen aan de Ierse westkust. Haar uitvalsbasis was Rockfleet Castle.

Ze kreeg echter al snel problemen met de regio Galway, die bij Engeland ging aankloppen. Zij hieven in deze regio immers belastingen op de schepen die er passeerden. Dit was niet naar de zin van onze vrouwelijke kapitein die dan ook haar eigen belasting ging heffen op de schepen die  in haar gebied passerden. En dat is natuurlijk piraterij.

In 1574 hadden de Engelsen er dan ook genoeg van. Ze belegerden met hun vloot het hoofdkwartier van Grace O’Malley: Rockfleet Castle. De vrouwelijke kapitein liet zich echter niet doen en toonde waarom ze één van de beroemde vrouwen uit de piraten geschiedenis zou worden. Want in plaats van zich te verdedigen, koos zena twee weken van beleg voor de aanval. En ze versloeg dan ook nog eens de engelse vloot, die het hazenpad koos.

Op dat moment was Grace niet enkel een vrouwelijke piraat en kapitein, maar ook één van de traditionele Ierse hoofdvrouwen  die niet pasten in het Engelse systeem dat haar eigen wetten wilden opleggen, en niet die van de verkozen hoofdmannen- en vrouwen.

Een vrouwelijke piraat in het nauw: Grace O’Malley en Elizabeth I

Grace O’Malley kwam echter in nauwe schoentjes terecht. Toen ze 56 jaar oud was, belandde ze in gevangenschap. Het was Sir Richard Bingham, de Engelse gouverneur van de Ierse gebieden, die haar te pakken kreeg.

Ze ontliep maar net de doodstraf. Maar haar invloed als vrouwelijke kapitein was gedaan. Ze verloor zowat alles en belandde zo goed als volledig in de armoede.

Ook haar broer en zoon werden gevangen genomen. Dat bracht Grace O’Malley tot haar laatste gewaagde daad. Ze schreef immers naar de engelse koninging Elizabeth I. Die vroeg ze om een ontmoeting, die uitzonderlijk genoeg ook plaatsvond.

Wat er tussen de twee vrouwen werd besproken zal altijd een mysterie blijven. Maar het zorgde ervoor dat Grace O’Malley een plaatsje kreeg in het rijtje beroemde vrouwen. Want niet alleen schonk de koninging haar familieleden de vrijheid. Ook een deel van haar bezittingen werden teruggeschonken.

Het einde van Grace O’Malley: een vrouwelijke piraat en kapitein

Of je haar nu Grace O’Malley, Gráinne Mhaol of Granuaile noemt, het valt niet te ontkennen dat deze vrouw een belangrijke rol speelde in de Ierse geschiedenis.

Deze vrouwelijke piraat bleef, na wat dieptepunten, tot aan haar dood een redelijk grote politieke invloed houden. En ook op zee bleef ze een niet te onderschatten persoon. In de Ierse folklore wordt ze ook vaak bezongen als één van de voorvechtster van de onafhankelijk van Ierland.

Grace O’Malley overleed op de gezegende leeftijd van 70 jaar, hoogstwaarschijnlijk in haar uitvalsbasis Rockfleet Castle.

Bron:
The Pirate King
Wikipedia
Ancient Origins

Mijn figuratie voor de emperor film in Gent

De film Emperor. Die gaat me heel mijn leven bijblijven. Je weet het misschien nog niet, maar ik ben een historicus die al een tijdje in Gent woont. En ik hou van film. Je kunt je dus wel inbeelden hoe hard mijn historisch-filmisch hart sloeg toen ik in september 2014 hoorde van opnames voor de film ‘Emperor’.

Oproep om mee te spelen in The Emperor

Emperor is een Europese spektakelfilm die draait om één van mijn meest favoriete historische personages:  keizer Karel V (1500-1555). Hoewel de filmopnames grotendeels in Tsjechië plaatsvonden, schoot men de openingsscènes in Gent. De geboortestad van Karel V. Grootse massascènes voor een spektakelfilm hebben natuurlijk veel figuranten nodig, en zo lanceerde de productie ook in Gent een oproep. Alleen één groot minpunt voor mijzelf: je moest minstens 3 dagen vakantie nemen in de periode oktober-november 2014, en ik had op dat moment geen vakantiedagen meer over. Geen filmopnames voor mij dus. Een gemiste kans. En het leven kabbelde verder.

Tweede kansen bestaan

Een jaar ging voorbij en ik had al lang niet meer aan die gemiste kans gedacht, laat staan aan de film. Tot er plots in augustus 2015 een krantenartikel verscheen. De filmcrew voor Emperor zou immers in augustus neerstrijken in Gent. Mét hoofdrolspeler Adrian Brody. Las ik dat goed? Waren de opnames in 2014 uitgesteld en kwam de hele crew nu pas naar België? Zochten ze weer figuranten? Ja! Ja!  En nogmaals ja!

Blijkbaar had men de opnames van 2014 uitgesteld tot de zomer van 2015 en was men eerst naar Oost-Europa getrokken om de andere scènes in te blikken. Daar klopte mijn historisch-filmisch hart weer, en hoe! Maar wat bleek, de eerste week waarin de uitverkoren figuranten hun kledij moesten passen was al verstreken en het was nog maar anderhalve week vóór de eigenlijke filmopnames. Hoe kon ik zo last minute nog een kans maken? Ik besloot er voor de gaan.

Here I come, Emperor film!

Zaterdagochtend. Ik besloot om ’s ochtends meteen een mailtje naar het castingbureau te sturen. Hiervoor moest je een hele waslijst vragen invullen, van rijksregisternummer tot lengte, borst- en heupomtrek. Ook 3 foto’s, voorkant en achterkant hoofd met ook een foto van je gehele lichaam, moesten in de bijlage gestoken worden

Maar gewoon een vragenlijst invullen leek me niet te voldoen gezien het feit dat de meeste figuranten, hoogstwaarschijnlijk allemaal, al waren uitgekozen. Daarom zette ik alles op alles en schreef ik een begeleidende mail waarin ik uitlegde dat ik als historicus, leraar geschiedenis en met een stage aan de VRT achter de rug dé uitgelezen persoon was voor filmopnames over Karel V. Ik zal niet de hele brief hier neerschrijven, maar laat ons zeggen dat ik wel duidelijk maakte hoe uniek de kans voor mij was. Het leek mij één van die ervaringen die heel je leven bijblijven en ik smeekte nog net niet om mee te doen.

Hop, mailtje met al de gevraagde gegevens dus verstuurd naar het castingbureau. Meer kon ik niet doen. Of wel? Ik greep die zaterdagochtend de telefoon en belde de contactpersoon van het castingbureau op. Deze bleek net haar enige vrije weekend tijdens de opnamedagen te beleven –oeps – maar ze apprecieerde mijn follow-up telefoontje en enthousiasme ten zeerste. Ik dacht eerst nog dat mijn kansen verloren waren, want wie gaat nu extra moeite doen voor iemand die je op je vrije dag wakker belt, maar dat bleek goed mee te vallen.  Ze zou me echter pas enkele dagen later wat laten weten.  Héél spannende dagen .

De contactpersoon had me gezegd dat ik ten laatste maandagavond wat zou horen maar ook dinsdagochtend had ik nog geen mailtje gehad. Dus ik trok mijn assertiefste schoenen aan en stuurde dinsdagmiddag een follow-up mailtje om te horen of er al wat meer nieuws was. Nog geen 5 minuten later rinkelde mijn telefoon en verscheen er een onbekend nummer.

Het was inderdaad de contactpersoon voor de figuratie die belde! Mét ook nog eens goed nieuws! Want ik was als één van de laatste personen uitverkoren om figurant te spelen in de film Emperor in Gent.

Omdat mijn kandidatuur last minute was kon ik meteen aan de slag. Want twee dagen later verwachtte men mij op de pasdag. Het zou de laatste pasdag zijn dus ik mocht mijn vingers al kruisen dat er nog passende kleren overbleven. De instructie dat ik mijn baard niet meer mocht scheren was geen probleem. Scheren vind ik zo al saai genoeg.

Pasdag voor de figuranten van de film Emperor

Het was donderdag. Na mijn werk snelde ik op de fiets naar huis om een douche te nemen. Ik ging er vanuit dat de aankleders wel graag een gewassen lichaam in hun handen krijgen. Zeker gezien het die donderdag één van de laatste hete zomermaanden van augustus 2015 was.  En dan was er ook nog de adrenaline door al die spanning.

Aangekomen op de afgesproken locatie, een grote hal, voelde ik al meteen de gezonde spanning die er bij zulke projecten heerst. Zo heerste er het verbod op foto’s nemen. Iemand die dat net iets te opzichtig deed werd al snel gesommeerd de telefoon te tonen en de foto’s te verwijderen. Veel soon to be figuranten waren er ook niet meer aanwezig. Naast mij waren er nog één andere man en één vrouw. Zij mocht een vrouwelijke burgerinwoonster van Gent spelen. De andere man en ik mochten één van de “hoofdrollen” spelen: we waren blijkbaar geschikt om de ketterse Lutheranen te vertolken!

De Lutheranen van de film Emperor

Altijd speciaal om Lutheraan te spelen, maar dit had wel consequenties voor de kledij. Warme consequenties! Want de Lutheranen kleedden zich sober. Zo kregen we zwarte laarzen en een zwarte wollen broek aangereikt. Daarboven het ‘typische’ middeleeuwse losse witte hemd wat je wel vaker in historische films ziet.

emperor film gent

Dat was echter nog niet het einde. Ik kreeg nog een lange zwarte wollen gillet, een zwarte wollen kabuis én als afmakertje nog een zwarte wollen cape. Reken daarbij nog de zwarte wollen muts én hoed en je kunt je al inbeelden dat mijn douche daarvoor niet veel uitmaakte. Het was zweten. Dat beloofde al voor de opnames!

De opnames voor de film Emperor in Gent

Dag 1: aankleden

Om vijf uur ‘s ochtends was ik aanwezig in de kleedruimtes. Niemand in Gent te. Alhoewel, hoe dichter ik bij de Korenmarkt kwam hoe meer mensen ik zag wandelen en fietsen. Allemaal met hetzelfde doel: de opnameset van de Emperor film.

Ik parkeerde mijn fiets in de stalling van de Sint-Michielsbrug. Een hek sloot de Graslei en Sint-Michielsbrug op die plek echter af, dus ik moest een woonblok omlopen. De bewaker was echter zo vriendelijk mij door te laten zodat ik kon doorsteken over de brug. Maar dat had ik dus beter niet gedaan! Voor de opnames was de Sint-Michielsbrug immers omgedoopt tot een modderpoel waar ik letterlijk enkeldiep in wegzakte. Molenwiekend om niet uit te glijden geraakte ik stap voor stap aan de andere kant van de brug. Ik zou al een geweldige eerste indruk maken met mijn modderige schoenen, die ik amper schoon gewreven kreeg aan wat gras dat tussen enkele kasseien piepte.

Eenmaal in de kleedruimte aangekomen heerste er een algemene staat van opwinding, hoewel het nog zeer vroeg was. We bekeken elkaar met een blik van samenzwering. We zaten immers allemaal in hetzelfde leuke schuitje. Één van de kandidaat-figuranten gedroeg zich echter een beetje zat en zot, wat al meteen voor algemene hilariteit bij de figuranten, en nervositeit bij de bewaking, zorgde. Onder het luid uitroepen van “amateurs” werd de man de deur gewezen. Verschillende keren, want hij bleef maar terugkomen. Dat begon al goed!

Dag 1: lopen voor die paarden!

Als Lutheraan had ik het geluk dat de meeste filmscènes rond deze personages draaiden en ik dus vaak in actie mocht schieten. Op de Korenlei had de filmcrew een heuse middeleeuwse winkelstraat met kraampjes nagebouwd. En voor wie het zich bij het kijken van de film afvraagt; ja, al de groenten en vis die je ziet liggen was levensecht! Enkel het konijn in de kooi was opgezet. Of kon heel goed acteren!

Als eerste opdracht mochten wij als marktgangers een dagelijkse wandeling tussen de kraampjes maken. Al gauw zou de sfeer omslaan wanneer een amokmaker onder luid geroep ons zou passeren. Het ging hier al meteen niet meer over gewoon wat op de achtergrond staan. Nee, we mochten meteen reageren en interactie opbouwen met de hoofdacteur van die scène!

Dat was echter nog maar het begin van een spannende dag. Want toen men vroeg naar figuranten die snel konden lopen, glipte ik snel bij de uitverkoren. Gelukkig had ik nog een beetje basisconditie, want de opdracht was niet min. De scène speelde zich weer af op de nagebouwde markt, waar nu een groep vechtende ridders te paard grote opkuis zou houden.

De opdracht was duidelijk: deze getrainde filmpaarden stoppen voor niets of niemand dus maak je weg. Op de cue kwam het er dus op aan om weg te lopen en weg te duiken voordat de brullende ridders te paard ons inhaalden. Een stuntman belandde tijdens die scène bijna onder de hoeven van de paarden. ’s Avonds op het nieuws kon je zien hoe de cameraman en klankman door een van de dieren omver werden gelopen. Het paard verpinkte geen seconde. Het leven van een figurant: lopen voor je leven. Maar tegelijk ook de droom van een historicus: in historische klederdracht op een middeleeuwse markt achterna gezeten worden door ridders te paard. Reenactment op zijn best!

Als filmliefhebber (en sporadische scenarist) vond ik het ook heel interessant om Lee Tamahori, regisseur van de Emperor film, van dichtbij aan het werk te zien.

Dag 2: acteren met Adrien Brody & Michael Pas

Mijn tweede dag als figurant speelde zich af op de Sint-Michielsbrug van Gent, samen met de rest van de Lutheranen. Daar kregen we de opdracht om mee te acteren en niet zomaar te figureren. Met de hoofdacteurs, Adrien Brody en Michael Pas, recht tegenover ons, en Pas zelfs te midden van ons. De adrenalinerush kwam weer opzetten met topacteurs letterlijk binnen handbereik! Een niet alledaagse ervaring me dunkt én weer heel leerrijk. Niet dat ze veel professioneel oog hadden voor de figuranten. Michael Pas oefende vooral zijn Engelse zinnen. Ook hij had blijkbaar wat zenuwen om tegenover Adrien Brody te staan!

Ook tijdens deze brugscènes moesten we weer een interactie opbouwen met de hoofdacteurs. Wanneer zij hun toespraak naar ons, Lutheranen, voerden, moesten wij hierop reageren. Angstig, boos, rebellerend, vol verdriet. Al de emoties passeerden de revue. Al de camerastandpunten ook en zelfs met of zonder geluid (zeer grappig om meer dan 50 mensen in paniek te zien lippen) mochten we de scènes herdoen.

Dag 3: spelen met vuur!

De derde, en voor mij laatste dag als figurant in de emperor film, was dé apotheose van een geweldige ervaring.

De eerste taak van die dag was joelend rondlopen. Zonder beeld, enkel geluidsopnames om als achtergrondgeluid van een grote groep mensen te dienen. Altijd speciaal, zo’n opnames en ik vermoed dat de beelden die via smartphones werden genomen zeer confronterend zullen zijn.

Als besluit mochten we echter met vuur spelen op het pleintje voor de Sint-Michielskerk.  Als ketterse plunderaars mochten we gooien met beelden en ander kerkelijk interieur (allemaal filmprops natuurlijk). Er brandde al een stapel boeken, kerkstoelen en schilderijen maar wij mochten de hoop wat vergroten. Leef je uit riepen ze ons toe en dat deden we dan ook. Nooit gedacht dat ik als historicus perkamenten en schilderijen uit de “16de eeuw” met plezier in het vuur zou gooien.

Een trailer voor de film Emperor?

Is er nu al ergens een trailer voor de film Emperor in omloop? Op dit moment nog niet (van zodra die er is plaats ik hem onderaan dit artikel). De filmindustrie is een hele mallemolen en de release is al een paar keren uitgesteld.

Maar niet getreurd, ook zonder Emperor trailer kun je al beelden zien. Onderstaande video toont je scène van dag 3 die ik hierboven beschreef. We plunderen de Sint-Michielskerk in Gent.

Wil je me aan het werk zien in de emperor film? Dat kan! Op 1 minuut 28 seconden zie je me het plein oversteken van rechts naar links. Ik ga aan de haal met een kerkstoel. Ketter dat ik ben.

Geschiedenis van de eerste spruitjes

Spruitkool, ook wel spruitjes genoemd: love them or hate them. Nu de actie ‘Sprout to be Brussels’ loopt, vroeg ik me af wat de herkomst van spruiten is. En waarom men het zo vaak over Brusselse spruitjes heeft.

De herkomst van de eerste spruitjes: de oudheid

Er zijn heel veel soorten spruitjes. Doorheen de eeuwen zijn verschillende soorten spruiten gekweekt. Algemeen gaat men ervan uit dat de eerste gecultiveerde spruiten al duizenden jaren oud zijn.

De Romeinen zouden de spruitkool al gekweekt en gegeten hebben. De mogelijkheid bestaat dat men vóór de Romeinen al spruitjes at. Maar men is vrij zeker dat men dit al sinds de oudheid op grote schaal consumeert.

Brusselse Spruiten: middeleeuwse spruitjes eten in België

Wanneer ging men nu in België spruitjes eten? Men neemt aan dat spruitkool al in de 13de eeuw in West-Europa bekend was. En dus ook in het gebied dat nu België is.

Het is echter aannemelijk dat men via de Romeinen de spruiten in West-Europa al veel eerder leerde kennen. Historisch bewijs hiervan ontbreekt echter nog.

Vanaf de 13de eeuw zou men in de omgeving van Brussel spruitjes cultiveren. Ze zouden in de 18de eeuw uitgroeien tot de spruitjes die we nu nog altijd kennen. Omdat deze zo populair werden, spreekt men nog altijd van Brusselse Spruiten.

Sprout to be Brussels: trots op de Brusselse Spruiten

Men hoeft dus niet enkel trots te zijn op de hoofdstad van België, maar ook op de Brusselse Spruiten zelf.

n teksten vernoemt men de spruitjes pas in de tweede helft van de 16de eeuw voor een eerste keer. De spruitkool kende in deze eeuw immers een steeds groter meer groeiende populariteit. Hierdoor leerden ook de koelere, meer noordelijke gebieden van Europa de Brusselse spruitjes kennen.

Eind 17de eeuw landden er Franse kolonisten in Louisiana (V.S.). Zij introduceerden er vanaf het begin van de 18de eeuw de Brusselse spruiten op het Amerikaanse continent.

De herkomst van spruitkool: vanuit Brussel naar de wereld

Toegegeven, de eerste spruiten at men al in de oudheid. Maar de bekende spruitkool zoals we die nu kennen, de Brusselse Spruiten, cultiveerde men in de middeleeuwen in wat we nu de streek van Brussel – België noemen. België zal pas vanaf 1830 bestaan, en zijn dus veel jonger dan de Brusselse spruitjes! (je kan er meer over lezen in mijn artikel over het ontstaan van België).

Omwille van hun voedingswaarde kende de spruiten een alsmaar groeiende populariteit. Die zorgde ervoor dat de spruitjes over heel de wereld werden geëxporteerd. Hoewel er nu nog altijd veel mensen hun neus optrekken voor de groenten, zijn ze nog altijd wereldberoemd.

Heb je het meer voor de geschiedenis van bananen? Lees dan zeker dit artikel eens.

Als je geïnteresseerd bent in de geschiedenis van groenten en fruit in onze streken, dan kan ik je zeker het boek Groenten En Fruit Vroeger en Nu aanraden.


Verder lezen:
Wikipedia Brussels Sprouts
History Brussels Sprouts
First Brussels Sprouts

Gevaarlijke romances tijdens de Tachtigjarige Oorlog

Recent onderzoek bracht aan het licht dat tijdens de Tachtigjarige oorlog (1568-1648) een Spaanse soldaat een zeldzaam DNA gen naar de Nederlanden bracht. Romances tussen de soldaat en lokale vrouwen zorgden ervoor dat ook nu nog, meer dan 400 jaar later, dit ‘fout gen’ slachtoffers maakt.

De Tachtigjarige Oorlog en de Spaanse soldaat

De Tachtigjarige Oorlog, ook wel de Nederlandse Opstand genoemd, was de opstand in de Nederlanden gericht tegen het Spaanse Rijk van Filips II. Hierbij kwamen de Nederlanden in een opsplitsing terecht, de opdeling tussen Noord en Zuid.

Het is dus niet verwonderlijk dat Filips II Spaanse soldaten richting onze contreien stuurde. Duizenden soldaten trokken onze gebieden binnen en verbleven er vaak lange tijd, terwijl steden werden belegerd en veldslagen uitgevochten.

Zet in deze situatie de ‘vreemde’ soldaten uit verre landen bij nieuwsgierige lokale vrouwen die amper hun dorp uitkwamen, en je krijgt kortstondige relaties die vaak zorgden voor een verhoging van het aantal geboortes. Een relatie met deze specifieke soldaat hield echter veel risico in.

Een Spaanse soldaat en lokale deerne: een gevaarlijke romance

De Spaanse soldaat in kwestie, naam onbekend maar afkomstig uit de streek Valladolid, was immers drager van een zeldzaam gen dat voor hartproblemen zorgt. Meer dan vier eeuwen later ontdekten wetenschappers van het Universitair Medisch Centrum Maastricht dat ze het gen dat deze soldaat droeg kan gelinkt worden aan zeven families die in de regio Eindhoven wonen.

Voorbeeld van een Spaanse soldaat

Ook in Duitsland vond men sporen van het gen terug. Dit is niet vreemd, want ook daar gingen de Spanjaarden vechten tijdens de Dertigjarige Oorlog.

Genetisch onderzoek zorgde voor dit historisch verhaal

Omdat het gen zo specifiek was, kon men de drager van het gen terugbrengen tot een man uit de streek van Valladolid. De afwijking kan voor een verdikking van de hartspier zorgen, wat in combinatie met een verhoogde bloeddruk dodelijk kan zijn. Gelukkig zijn er medicijnen om dit te behandelen.

Meer lezen? Lees dan het krantenartikel waarop mijn blog werd gebaseerd hier